Gezellig neer storten in de woestijn is nooit een pretje. Tenzij je avonturier bent en heeeeel toevallig neerstort bij een oude stad. Dus ga je graven.
Door gezamenlijk te graven leg je verschillende onderdelen van een vliegmachine bloot, zet ze vervolgens in elkaar om weg te vliegen.
In je beurt voer je vier acties uit. Dat kan zijn lopen, zand scheppen, uitgraven of een onderdeel confisqueren. Daarna loeit de storm om je oren.
Deze tempeest is namelijk zo charmant om iedere keer stadsdelen te verplaatsen, waarna hij een plasje zand achter laat als bewijs van zijn territorium. Zandscheppen is dan ook absoluut geen overbodige luxe. Is al het zand eindelijk weggehapt, dan leg je een stukje stad bloot.
Een paar stadsdelen geven een hint waar een onderdeel ligt. Ieder onderdeel heeft een horizontale en een verticale hint. En waar ze kruisen; tadaaa, daar ligt een stukje historisch vernuft. Andere plaatjes kunnen je weer high-tec zooi geven. Alles is natuurlijk zandstormbestendig.
Het zal je niet verrassen dat dit spel coöperatief is. Tja, zoals menig film duidelijk maakt ben je een idioot als je solitair gaat zoeken naar schatten. Werk dus samen! En dat is lastig genoeg. De kunst zit hem in het coördineren van acties, gebruik van de persoonlijke kwaliteiten en de Blokker-gadgets, welke overigens een zeer beperkte houdbaarheid hebben.
Het ideaal is dat je meer baalt van de storm, dan van andere spelers. Als beloning mag je gezamenlijk een kindersuprise in elkaar prutsen en wegvliegen. En wel in begrijpende overpeinzing dat de laatste bewoners zo’n wispelturige stad ook zat waren.